Ik vind je in het kleedhokje, zittend op een te klein plankje met de broek op je enkels. We gingen winkelen want je wilde een nieuwe broek. En winkelen vind je enig. Het duurt lang in het pashokje. Ik schuif het gordijn een stukje opzij en vraag of ik je kan helpen. Je kijkt me aan en ik besef dat je eigenlijk niet meer weet wat je daar doet. Mam, past de broek? vraag ik. Ik zie een lichtje, bijna letterlijk ‘ping’ boven je hoofd. Ja ja, passen, en je probeert je eigen broek verder uit te doen. Mama, zeg ik, het is handig als je eerst je schoenen uitdoet. Ja, dat snap je ook, maar hoe in hemelsnaam?! Je wilt je trui uittrekken, nee mam, hoeft niet, je wilt een broek passen.
Ik help en het lukt uiteindelijk, met beiden een rood hoofd en veel gewring in het hokje heb je de broek deels aan. De broek past niet. Je vind het zichtbaar jammer. Mam, zeg ik, probeer gewoon de volgende. De lol is eraf, je hebt geen zin meer om het te proberen. Ik weet dat als ik het enthousiast breng je er nog wel 1 wil passen, maar daar pas ik voor. Koffie is ook fijn, de broek vergeten.

Reactie plaatsen
Reacties
πππππ